Voorinschrijving cursus “Een werkplek voor moslims” tweede kwartaal 2023 in Leiden

De Stichting ter bevordering van de educatie over de rechtsstaat organiseert – zonder winstoogmerk – samen met:

  • Crosscultureel BV,
  • Moslimjongerenvereniging ‘Verenigd in Rechtvaardigheid’ MVIR,
  • De Islamitische universiteit Rotterdam
  • Andere samenwerkingspartners/sponsoren (in het bedrijfsleven) zijn reeds benaderd.
  • Mocht u een bijdrage willen leveren dan is een bijdrage aan de Stichting altijd welkom: NL30 INGB 0005 8243 30 o.v.v. Een werkplek voor Moslims.

De cursus is ontwikkeld en wordt verzorgd door twee docenten met ruime onderwijservaring, die hun sporen hebben verdiend met het empoweren van jonge moslims om hun plek in de Nederlandse democratische rechtsstaat te vinden.

Hafza Zamour heeft onderwijservaring in het funderend onderwijs, o.a. als leerkracht op een islamitische bassischool. Ze heeft als bestuurslid van de moslimjongerenvereniging ‘Verenigd in Rechtvaardigheid’ de cursus ‘Belangenbehartiging voor en door Moslims’ mede-ontwikkeld en gedoceerd.

Prof. Tom Zwart heeft ruime onderwijservaring in het wo en hbo en hij geeft cursussen burgerschap en maatschappelijke verbinding aan imams, islamitische godsdienstleraren, en geestelijke verzorgers in opleiding.

Deze cursus leert moslim hoe zij kunnen bijdrage aan meer begrip en zelf regie kunnen pakken in de arbeidsrelaties.

In de cursus zijn de volgende 12 bijeenkomsten voorzien:

  1. Doel van de cursus
  2. Jij bent regisseur
  3. Het belang van een strategische opstelling
  4. Het aanleren van soft skills deel 1.
  5. Het aanleren van soft skills deel 2.
  6. Omgaan met religieuze vereisten
  7. Omgaan met de hijab
  8. Het tegengaan van discriminatie en racisme
  9. Wegnemen van misverstanden: de islam heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan de Europese beschaving
  10. Wegnemen misverstanden: de islam kan dienen een bron van mensenrechten
  11. Wegnemen van misverstanden: de islam kan bijdragen aan het bestrijden van terrorisme
  12. Afsluiting: de werkvloer op

Achtergrond

De wens is om de diverse samenleving beter te reflecteren in het personeelsbestand. Maar het openen van de deuren voor jonge moslims is op zichzelf nog geen garantie voor vruchtbare arbeidsverhoudingen. De werkgever en de werknemer zullen zich moeten inspannen om van de samenwerking een succes te maken om uitval en teleurstelling te voorkomen. De moslims die in dienst treden zullen zich meer inspannen om zich de normen van de organisatie eigen te maken naar de mate waarin hun islamitische identiteit wordt gerespecteerd en gefaciliteerd. Deze paradox is gebaseerd op de islamitische plicht voor gelovigen die in een minderheidspositie verkeren om zich te richten naar de meerderheid, zolang deze de godsdienstvrijheid maar respecteert. 

Om te zorgen dat deze in de organisatie goed wordt opgepakt, is het belangrijk dat je collega’s zich van deze uitdaging bewust zijn en ook weten hoe daarmee om te gaan. Daarom is de gedachte ontstaan om een cursus te ontwikkelen om moslims die door een bedrijf of organisatie zijn aangenomen zo toe te rusten dat zij hun werk met succes als gewaardeerde collega’s kunnen verrichten. De inzet is er daarbij op gericht dat zij zich bij de werkgever op hun plek voelen en de ambitie ontwikkelen om door te stromen in plaats van snel uit te stromen.

Jongeren zullen na deze cursus tools worden geleerd die bijdragen aan wederzijds respect en aanpassing. Op deze manier ‘coachen’ de moslimmedewerkers als het ware het management en de andere collega’s om een productief arbeidsklimaat te scheppen. De intentie is om de deelnemers als informele projectleiders op te leiden, zodat ook zij de kennis en tools in hun omgeving kunnen uitslaan. De veronderstelling is dat goede arbeidsverhoudingen op deze manier op een positieve wijze en met geringe kosten kunnen worden gerealiseerd. Daardoor zal de uitval van jongeren in het arbeidsproces worden teruggedrongen en ontstaat er een betere en effectievere samenwerking en dat draagt bij aan een inclusieve samenleving.

Vooraanmelding

Ben jij die (belijdende) en werkende moslim, die je talenten verder willen ontwikkelen? Voel je je nog niet altijd goed begrepen binnen jouw werkplek? En wil jij weten hoe je hier praktisch het beste invulling aan geeft meld je dan nu aan voor de voorinschrijving: info@crosscultureel.com

Corona lawfare

On April 21st, Missouri Attorney General Eric Schmitt initiated proceedings against the People’s Republic of China and some of its entities, such as the city of Wuhan. Missouri is seeking recovery for the loss of life, human suffering and economic turmoil experienced by Missourians which is resulting from the Corona virus. According to General Schmitt, the Corona pandemic was caused by action and inaction of the Chinese authorities. This is a weak case for a number of reasons: 

  1. First, the evidence mainly consists of US media reports, which do not contain the views of Chinese officials. Apart from a few Wechat messages, the complaint also does not refer to original Chinese sources.
  1. Second, foreign states, like China, enjoy immunity in American courts under the US Foreign Government Immunities Act. General Schmitt has tried to circumvent this bar in three ways:
  1. He has also listed the Communist Party of China as a defendant, while claiming that it is not part of the Chinese state system. This position is contrary to international law, according to which state immunity extends to all organs, components, and entities of the state, which, of course, also includes the Communist Party. Additionally, the Communist Party, which according to its Constitution exercises the overall leadership in China, is the supreme state authority. Furthermore, the Secretary General of the Communist Party also serves as the head of state, who by definition enjoys the protection of state immunity.
  1. In addition, he has invoked the commercial activities exception to sovereign immunity by claiming that the conduct which allegedly caused the pandemic was commercial in nature. These commercial activities allegedly included the operation of the Chinese healthcare system; commercial research on viruses conducted by the Wuhan Institute and the Chinese Academy of Sciences; the operation of traditional and social media platforms for commercial gain; and the production, purchasing and import and export of medical equipment. Even if these activities could be characterised as being ‘commercial’, they were not carried out in the US which is necessary for the exception to apply.
  1. Finally, he has invoked the tortious conduct exception by claiming that the activities which allegedly caused the pandemic amounted to torts occurring in the US. Since the activities took place outside the territory of the US this exception does not apply either. 
  1. Third, in the unlikely case that the Court would refuse to grant China immunity, the claim would face insurmountable barriers at the merits stage. Thus, the complaint clearly interferes with US foreign policy towards China, which currently amounts to a balancing act involving highly sensitive trade negotiations, and is therefore bound to be declared a non-justiciable political question. Furthermore, the outbreak of the Corona virus, which was declared a Public Health Emergency of International Concern by the WHO, is covered by the defence of force majeure, or alternatively, the defences of necessity and distress, which absolve China from state responsibility. 

Since it is clear that this case is going nowhere, the question arises why it was brought in the first place. It seems that initiating the suit is part of the political campaign conducted by the Republican Party to blame the pandemic on China. Thus, the Politico website reported last week that the National Republican Senatorial Committee is urging Republican candidates for elected office to address the corona crisis by attacking China.

Bringing this case will not benefit anyone, perhaps with the exception of the lawyers preparing the briefs. Instead of paying legal bills the money can better be spent on protecting the lives and health of the people who are at risk. To beat the virus, close cooperation across borders is necessary. Lawfare is not going to help.

Tom Zwart

Professor of Cross-cultural Law, Utrecht University